door Gerda van de Haar

Nirwana heet de nieuwe Wieringa en hij gaat over een foute zakenman. Nirwana is de boeddhistische staat van persoonlijke onthechting waarin het vuur van hebzucht, haat en waan eindelijk is uitgedoofd en de geest vrij is om ten volle zijn werk te doen. Het lijkt er niet op dat zakenman Willem Adema deze staat in enig opzicht bereikt, al is hij zojuist honderd geworden. Hij houdt het vuur juist brandende: in zijn lange burgerlijke leven heeft Adema succesvol hoogtechnologische boortorenschepen en dito platforms weten te ontwikkelen, die alle concurrerende manieren om fossiele brandstof op te pompen ver achter zich laten. Zijn kleinzoon Hugo de kunstenaar zit weliswaar getrouw tweemaal daags twintig minuten in lotushouding op de meditatiemat, maar ook diens geest raakt nog maar niet leeg: erotische herinneringen spelen op, of zijn het fantasieën, nieuwe erotische hebzucht blijkt onbeheersbaar. Erg onthecht gaat het er in het boek niet toe.

Het is een publiek geheim dat Tommy Wieringa (Liter-gastschrijver van 2017) in Nirwana de zakenman Pieter Schelte Heerema portretteert. Het jubileumboek van zakenimperium Heerema Marine Contractors staat open en bloot in de verantwoordende literatuurlijst. Van deze Heerema is bekend dat hij actief was voor de ss, maar zodra de kansen begonnen te keren verrassend overliep naar het verzet. Na de oorlog kwam hij er, zeer vermoedelijk dankzij goede contacten, vanaf met een gevangenisstraf ter lengte van de voorlopige hechtenis, hetgeen in de familie Heerema als vrijlating werd aangemerkt. In interviews vertelt Wieringa dat zijn pleegmoeder, die hem in zijn puberteit door de middelbare school loodste, later gouvernante werd bij de familie Heerema. Regelmatig bezocht Tommy zijn pleegmoeder in de familievilla. Hij raakte ook op de hoogte  van het naziverleden van de heer des huizes. Later, toen de favoriete Heerema-zoon het allergrootste boortorenplatformschip ooit bouwde, moet de thematiek in alle hevigheid bij hem terug zijn gekomen. Er was een rel: de boot was ‘Pieter Schelte’ gedoopt, wat internationaal protest opriep wegens het ss-verleden van Pieter Schelte Heerema. Na opportunistisch aandringen van grootste klant Shell kreeg het schip de naam ‘Pioneering Spirit’, naar letter en geest nog steeds een verwijzing naar de voormalige ss‘er van Friese komaf. De woorden Pieter Schelte werden overigens maar lichtjes overgeschilderd en lichten nog steeds op boven de nieuwe scheepsnaam. In de roman heet het schip simpelweg ‘Boreas’. Dat is een krachtige samenvatting van wat hier gebeurt.

In die geest wijzigde Wieringa nog enkele gegevens. Volgens Wikipedia vochtten de vijf zoons van Pieter Schelte Heerema elkaar de tent uit, in Nirwana komen we twee kleinzoons tegen, tweelingen, van wie Willem junior, zeg maar Willem de Veroveraar, de bedenker en bouwer is van de ‘Boreas’ en Hugo beeldend kunstenaar wordt. P.S. Heerema overleed al in 1981, bij Wieringa heeft hij min of meer het eeuwige leven. Er zijn compromitterende oorlogsdagboeken kwijt van de oude Heerema, in de roman vindt Hugo ze terug. Wieringa zelf loopt als cameo door het boek en Hugo Adema draagt er zorg voor dat de schrijver deze dagboeken beslist niet onder ogen krijgt. Het is een ludieke manier om Wieringa’s op het randje af impertinente insiders-rol (hij heeft de Boreas-bouwer in zijn jeugd immers persoonlijk meegemaakt) helder te maken. Hugo heeft flink last van hem. Wieringa treitert de familie en neemt intussen zichzelf in de maling.

Het documentaire spelletje speelt hij vaker: er zitten bijvoorbeeld zoveel mogelijk echte museumdirecteuren, kunstenaars en kunsthandelaars in het boek, zodat we naast het zakenleven ook de kunst-scene meekrijgen. Het grote geld, de roem. Dit boek is een zedenschets. De oorlogsdagboeken zijn goed gedaan: Tommy Wieringa werd ooit opgeleid als historicus maar verkoos de verbeelding. Nu verzint hij uit reëel documentatiemateriaal een tocht oostwaarts voor Willem Adema. Hij laat hem de verschrikkelijkste dingen meemaken en maakt een echte ss-held van hem, met dito gedachtegoed. Van dat gedachtegoed wordt natuurlijk nooit afstand genomen. Hier horen we de Wieringa van de veelgelezen columns in nrc, waarin met zulke lange tanden over het ‘stabiele genie Thierry Baudet’ werd gesproken dat op den duur ook de aanduiding ‘stabiel’ of ‘genie’ volstond om het boreale thema aan te raken.

Het mediteren brengt Hugo dan toch de gemoedsrust om het naziverleden van zijn familie te verbeelden. Hij neemt natuurlijk afstand, maar speelt ook open kaart: hier kom ik vandaan. Wat meteen klinkt als: hier komen wij vandaan. Het is iets gezamenlijks. Onze gedeelde schuldenlast is toch al bijna niet te torsen: met z’n allen zijn we immers ook bezig het technologisch vuur hoger en hoger op te stoken, totdat deze aarde onleefbaar zal zijn. Nirwana, de uitdoving die je in de vrijheid zet, is dan een lichtend ideaal. De roman houdt het ons voor. Het mediteren maakt Hugo wat milder en haalt hem nauwelijks merkbaar weg uit antithetisch en beschuldigend denken. Hij gaat zorgen voor een door de familie verwaarloosde tante, een beoefening van compassie die hem steeds meer vreugde brengt. Hij vordert. Intussen krijgt hij weerwerk van zijn voormalige geliefde waar hij na aanvankelijke woede stil van wordt. De boeddhistische praxis is verder niet uitgewerkt, het reguliere antithetisch denken is niet weg, maar het maakt nieuwsgierig: is een volgend boek van Tommy Wieringa een spiritueel boek?

 

 

Tommy Wieringa, Nirwana. De Bezige Bij, Amsterdam 2023, 481 blz., € 29,99; het door de auteur ingesproken luisterboek € 16,99. Deze recensie verscheen in Liter 111.