‘Ik probeer de magie van Nederland te laten zien’

door Tim Pardijs, 17 december 2019

Liter publiceert in nummer 96 drie hoofdstukken uit de nieuwe roman van Rodaan Al Galidi, te verschijnen in februari 2020. Ging Hoe ik talent voor het leven kreeg (2017) over de lotgevallen van de Irakese vluchteling Semmier Kariem in het azc, in zijn nieuwe roman Holland volgt de lezer hem als hij ‘het kamp’ verlaat. In korte hoofdstukken schetst Al Galidi Semmiers tocht door de Nederlandse samenleving: van een schuur in een dorp naar een studentenhuis in de stad, en van die kamer naar een flat, van een appartement naar een rijtjeshuis. Liter zocht de auteur op in zijn woonplaats Zwolle.

In een periode waarin het realisme in literatuur in hoog aanzien staat, verhalen die echt gebeurd zijn krijgen veel aandacht, speel jij een interessant spel met de werkelijkheid. De hoofdpersoon in Holland heeft een andere naam dan jij, terwijl veel locaties herkenbaar Zwols zijn, zoals het studentenhuis aan de Molenweg of de flat Elvis Presley.

Veel Nederlandse schrijvers lijken inderdaad te denken dat hun personages echt moeten zijn. Bij mij is het andersom. Ik wil een geloofwaardig personage maken voor de lezer. En dat wil ik zelf niet zijn. Dan ben ik veel te dichtbij en kan ik mezelf niet zien. Ik heb een spiegel nodig om het verhaal te vertellen. Dat is Semmier. De dingen die ik mee heb gemaakt, maakt hij mee in een andere vorm, met mensen die anders heten.

Ik gebruik Semmier als een soort fototoestel om Nederland vast te leggen. Ik ben als een gids, die de lezer in zijn eigen land rondleidt, met het nodige respect. Daarom spreek ik de lezer ook direct aan, vraag ik hem bijvoorbeeld om geduld als ik een langdradig bureaucratisch proces beschrijf. En daarom mogen de plekken waarover ik vertel wel herkenbaar zijn; niet ik ben de hoofdpersoon van Holland, maar het land Nederland. Ik probeer de magie van Nederland te laten zien die Nederlandse schrijvers niet meer zien.

Wat is die magie van Nederland dan?

De exactheid. Neem bijvoorbeeld geboortekaartjes. In Holland bladert Semmier door een fotoalbum met geboortekaartjes van generaties terug. Op die kaartjes staat het geboortegewicht van elke baby precies vermeld. De baby’s die in de oorlog geboren zijn, wegen veel minder dan die erna geboren worden. Dat zegt zo veel! De Irakese samenleving is precies het tegenovergestelde.

Je bent ook de enige auteur in Liter die op de pagina met biografische informatie per se geen geboortedatum achter zijn naam wil hebben.

Dat heeft daarmee te maken. Ik publiceer nooit een geboortedatum bij mijn naam, omdat ik níet precies weet in welk jaar, in welke maand en op welke dag ik geboren ben. In Irak vieren we geen verjaardagen, alleen rijken en christenen doen dat. Het geeft de lezer een beeld van de chaos waar ik uit kom. Dit laat lezers meer zien van mijn achtergrond dan als ik wel een geboortedatum zou noemen.

Semmier woont en werkt op veel verschillende plekken en wordt door veel mensen geholpen. Wat zijn zijn ervaringen met het geloof?

Het woord God valt het meest in de hoofdstukken over zijn huisgenoot die naar een radicale Saoedische moskee gaat en Semmier probeert over te halen mee te gaan. Maar uit die flat vlucht hij weg, om naar het klooster te gaan. Dat is de enige plek waar hij mag blijven, waar hij niet weggestuurd wordt en waar hij aan het eind zelf kan beslissen om weg te gaan, in plaats van dat hij weggestuurd wordt. Een moslim die in een christelijk klooster onderdak krijgt, dat is buitengewoon. Het klooster vraagt niets van hem, het geeft hem alleen ruimte, tijd en rust om in plaats van met zijn verstand, met zijn hart een beslissing te maken. Hier wordt God niet genoemd, maar het heeft wel met God te maken. Ik toon zijn wereld, die vol liefde, warmte en vrede is. Semmier vlucht voor de jihad, maar vindt vrede in een religieuze omgeving. Een religieuze omgeving overigens die veel Nederlands al lang achter zich hebben gelaten.

Semmier vindt ook rust bij dieren. Honden spelen bijvoorbeeld een grote rol in Holland, je speelt in de tekst vaak een spel waarin asielzoekers en honden van plaats verwisselen.

Ja, Nederlanders hebben geen tijd voor mensen, maar wel voor honden. Kijk maar eens hoe vaak ze in het park lopen met hun hond. Daar wilde ik iets mee doen. Ik denk dat Nederlanders bang zijn voor mensen, omdat hun land zo klein is. Ze vertrouwen alleen nog de natuur. En dieren brengen mensen bij elkaar. Semmier leert in het boek dat als hij met een hond loopt, Nederlanders hem sneller accepteren. Alsof ze denken: hij ziet eruit als een moslim, maar als hij met een hond loopt zal het wel niet zo’n strenge zijn. Dat effect is zo sterk, dat het zelfs werkt als Semmier alleen maar een bal en een riem bij zich heeft.

Maar wat wil Semmier eigenlijk? Er wordt wel eens gezegd dat een goed boek een hoofdpersoon met een doel moet hebben, en obstakels die hem ervan weerhouden dat doel te bereiken, dat zorgt voor spanning. Holland is zo niet geschreven. Semmier lijkt vrij passief in de manier waarop hij van de ene naar de andere plek verhuist.

Hij wil zichzelf thuis voelen. Maar wat je zegt geeft precies het verschil aan tussen een geboren Nederlander en een vluchteling. Semmier kán niets beslissen. Hij heeft geen keuzes zoals veel westerse hoofdpersonen die wel hebben. Hij neemt wat hij kan, niet wat hij wil. Pas aan het eind van het boek durft hij zelf een keuze te maken.

Holland verschijnt februari 2020 en is verkrijgbaar bij uw lokale boekhandel.