• door Britt van Baaren •
Samen met de gedichten ‘Ik ben een hond met kruimeldienst’ en ‘Melkdorp’ verscheen het gedicht ‘Omwenteling wentelteefje’ in Liter 114. Britt van Baaren (2000) zoekt de poëzie op in woorden en beeldende kunst. Ze droeg voor op verschillende podia en was kwarTAALdichter van Land van Cuijk en Maasduinen.
Omwenteling wentelteefje
Mijn hand past op een boterham
Ik wil het telkens testen
en ik slaag zoals ik dat in alles doe
Met korsten leer ik fluiten
roep ik de meeuwen naar me toe
Niet veel kindervet omhelst mij
en het voelt alsof ik zwembandjes mis
Toch verlang ik naar zee
Misschien omdat ik er niet mee was grootgebracht
Al ben ik nog niet groot
en werd ik ook nooit gebracht
Ik ben het meisje dat van water houdt
ook wel een waterrat
Als de zon het water raakt
Waait de wind haar sterren over
Blijven hangen boven mijn bed
Ze geven licht in het donker
Als ik mijn ogen dichtknijp, worden het vuurvliegjes
Ik voel me nietig onder het heelal
Ik zou liever vliegen
Ik ben het meisje dat kan vliegen
En met die gedachte, sla ik mijn ogen toe
’s Ochtends word ik aangekeken
Een zwart geblakerde verschijning op mijn toast met suiker
Ik ben jaloers
Mijn schaduw nooit zo vormvast
Ik ben een meisje
dat zich iets te vaak heeft aangepast