door Menno van der Beek

Over Willem Jan Otten, Wil je mij poëzie leren? 

| Otten zoekt een gedicht, van Wallace Stevens, in diens verzameld werk. Hij weet niet meer waar het staat in het kloeke boek, maar wel dat het rechtsonder op de pagina moet staan. Het essay Wil je mij poëzie leren? is het verslag van die zoektocht naar dat gedicht, en is tegelijk een kleine denkgeschiedenis, een curiosa-kastje vol bijzondere gedichten, een bewaarplek voor een aantal zeer persoonlijke herinneringen en ervaringen van Otten, alles omlijst door eigen en andermans gedichten. Zijn ervaringen met de nadagen van Chris J. van Geel zijn een prachtig eerbetoon, bijvoorbeeld, en wie dit boekje uit heeft – 91 bladzijden, maar men kan ogenblikkelijk weer voorin beginnen, zal haast gedwongen zijn te gaan bladeren in de oeuvres van Denise Levertov en Les Murray. Of in Wallace Stevens. Ik heb het alle drie zitten doen. En waar de titel van deze korte bespreking op slaat? Dat is helaas alleen te volgen voor wie het boekje zelf leest. Is hoe dan ook een goed plan.

Dan, het is prachtig uitgegeven met linnen schutbladen, een bordeauxrood omslag en een fijne belettering, en toch zou ik willen pleiten om naast deze uitgave een erg goedkope versie het licht te doen zien (met de prijs ruim onder een tientje), dat iedere weemoedige student bij wijze van impulsaankoop in de binnenzak kan steken, om dan pas jaren later te gaan beseffen hoe beslissend dit boekje in haar of zijn poëtische carrière is geweest, of hoe het de last van een lange loopbaan bij de verzekeringsmaatschappij heeft helpen verzachten. En daarnaast moet het dus wel op slecht papier gedrukt worden. Dan kan dat papier kalm verkleuren en tot een verfijnde brosheid vervallen die de gelukkige vinder in de kringloop, decennia later, tot juist die ontroering kan brengen die precies bij dit poëtisch tasten past. 

 

Willem Jan Otten, Wil je mij poëzie leren?. Van Oorschot 2022, 91 blz., € 18,95